Diep verscholen in de Waals-Brabantse bossen, in de groene vallei van de Thyle, schuilt een brokje Belgisch erfgoed van bijna 900 jaar oud. Ik heb het over de Abdij van Villers. Of toch wat er nog van overschiet tenminste. Wij brachten een bezoek aan de indrukwekkende ruïnes en dompelden ons helemaal onder in de Orde der Cisterciënzers. De monniken zijn er dan misschien al een paar eeuwen weg, toch krijg je er nog steeds een mooie inkijk op het kloosterleven van weleer.
Last updated on oktober 29th, 2024
Op visite in de Abdij van Villers
Eenzaam en alleen dwaal ik doorheen de ruïne van de 13e-eeuwse abdijkerk. Het gekraak van m’n voetstappen op het grind weerkaatst tegen de slanke zuilen van het gotische gebedshuis. Het kerkskelet reikt wel tientallen meters de hemel in. Een nietige sterveling voel ik mij, in deze reusachtige vervallen kathedraal. Al meer dan twee eeuwen lang ligt de Abdij van Villers er verlaten bij. Het koor achter mij staat dan wel nog fier overeind, de kerkgezangen behoren al lang tot het verleden. Zelfs een kaarsje branden is hier niet meer aan de (klooster)orde.
Dan begint het ineens te regenen. Een deel van het gewelfde dak bleef gelukkig gespaard van de ondergang en biedt me op haast miraculeuze wijze beschutting. Het hemelwater gutst intussen immers met bakken uit de lucht. De Apocalyps lijkt wel nabij. Zo moeten de monniken van de abdij zich aan het einde van de 18e eeuw ongetwijfeld ook gevoeld hebben.
1. Korte geschiedenis
We bevinden ons in Villers-la-Ville, een klein dorpje in Waals-Brabant, zowat halfweg tussen Brussel en Charleroi. Staar je trouwens niet teveel blind op de term ‘ville’ in de plaatsnaam. Een stad is Villers-la-Ville allerminst. Die toevoeging kwam er gewoon om een duidelijk onderscheid te maken tussen het dorp en de cisterciënzerabdij in casu.
De Abdij van Villers vindt zijn oorsprong in het jaar 1146. Aan de bouw van de kloostergebouwen werd pas in 1197 begonnen. Omstreeks 1268 was het religieuze complex grotendeels af. De abdij kende doorheen de eeuwen heel wat ups-and-downs. Op het hoogtepunt telde de gemeenschap maar liefst 100 monniken en 300 lekenbroeders. In 1796 trok de laatste monnik definitief de deur achter zich dicht en raakte de abdij stilaan in verval, tot de ruïne die het vandaag is.
De Abdij van Villers staat dus al langer leeg dan dat België bestaat. De staat kocht in 1893 het domein van een particulier en maakte de abdij toegankelijk voor het publiek. In 1972 werd de hele site uiteindelijk erkend als beschermd monument. In Wallonië spreekt men zelfs van ‘uitzonderlijk erfgoed’, omwille van z’n grote historische waarde.


2. De Abdij van Villers vandaag
Grote delen van de abdij wisten de tand des tijds goed te doorstaan, ook al is er hier en daar toch een flinke hoek af. Vooral de 13e-eeuwse abdijkerk oogt nog steeds imposant. Mits wat verbeelding kan je je nog perfect voor de geest halen hoe de kloosterlingen leefden, bidden en werkten in de abdij. En anders assisteren de diverse informatieborden je onderweg wel met tekst en tekeningen.
Vooraleer je de ruïnes van de abdij verkent, maak je in het bezoekerscentrum eerst al even kort kennis met de Orde der Cisterciënzers in een interactieve ruimte. Verder toont een maquette je er hoe de abdij er in z’n hoogdagen ongeveer uitzag. Het bezoekerscentrum bevindt zich trouwens in de oude abdijmolen – eveneens uit de 13e eeuw – die vakkundig gerestaureerd werd. Je vindt er ook het onthaal, een souvenirwinkel en het restaurant. De rivier de Thyle drijft er overigens nog steeds een antiek houten waterrad aan, dat het gebouw tegenwoordig van elektriciteit voorziet.


Een moderne brug van hout en cortenstaal – die over de watermolen heen gaat – en een wandelpad verbinden het bezoekerscentrum met de abdij zelf. Vanaf het pad kan je al een eerste panoramische blik over de indrukwekkende ruïnes werpen. Het is meteen duidelijk hoe omvangrijk de site wel is. En in wat voor een idyllische omgeving het genesteld ligt. De weelderig groene Thylevallei doet je met z’n beboste hellingen zelfs wat in de Ardennen wanen. Alleen spijtig van de drukke weg die het kloosterdomein in tweeën snijdt. Er waren ooit plannen om de weg om te leggen, maar dat bleek helaas te duur. De 18e-eeuwse abdijapotheek – die er als een stadspoort de weg overspant – kreeg dan maar een tweede leven als voetgangersbrug. Op die manier kunnen bezoekers de ruïnes van de abdij en zijn heerlijk geurende tuinen op een veilige manier bereiken.







3. Met de trein naar en dwars doorheen de Abdij van Villers
Niet alleen auto’s doorklieven de site trouwens, maar ook treinen. In 1855 – ruim een halve eeuw na de ondergang van de abdij – trok men kriskras doorheen de weelderige Tuin van de Abt een spoorlijn. Al lijkt het sierlijke viaduct met z’n zeven stenen bogen intussen wel mooi geïntegreerd in de historische site. Bovendien genieten treinreizigers van een uitzicht eerste klasse over de site, ook al reis je misschien wel in tweede klasse.
ⓘ Hoewel de spoorlijn dwars doorheen de site loopt, ligt het station van Villers-la-Ville zelf nog anderhalve kilometer verderop. Mocht je met de trein willen komen, moet je dus rekenen op een kwartiertje stappen. Tip: wandel na je bezoek aan de abdij eventueel terug naar het station van La Roche (Brabant), de andere richting uit (duur: ± 45 minuten). De bossen rondom de abdij nodigen sterk uit om je nog even in de natuur terug te trekken. Meer info & dienstregelingen trein: nmbs.be.

Tip: regelmatig worden er concerten en evenementen in de ruïnes van de abdij georganiseerd. Een originele manier om de site te ontdekken! Check de website voor de agenda: villers.be/nl/agenda.
4. Traditie van bier en wijn
Dat Belgen altijd al bier- en wijnliefhebbers geweest zijn, bewezen de monniken van de Abdij van Villers maar al te goed. Reeds in de 13e eeuw bevonden er zich binnen de kloostermuren zowel een brouwerij als een wijngaard. Aan het einde van de 20e eeuw wilden enkele enthousiastelingen uit de buurt deze oude tradities in eer herstellen.
In 1990 plantte een groep liefhebbers binnen het kloosterdomein opnieuw de wijngaard aan en produceert er sindsdien diverse soorten wijn, onder de merknaam Villers-la-Vigne. De wijn kan je jammer genoeg nergens kopen, maar iedere eerste zaterdag van de maand – van april tot en met september – kan je de wijngaard wél bezoeken. Mét wijndegustatie achteraf natuurlijk.

Vijf jaar later – in 1995 – zag de ‘Confrérie des Hostieux Moines de Villers-la-Ville’ dan het daglicht. Zij bliezen ook het abdijbier van Villers nieuw leven in. Deze monniken après la lettre kleden zich zelfs als paters. Ze namen hun intrek in een prachtig gerestaureerd koetshuis uit de 19e eeuw – naast het bezoekerscentrum van de abdij – en bouwden het uit tot een bruisende brouwerij. Ook die kan je trouwens bezoeken. Iedere tweede zaterdag van de maand – van maart t.e.m. november – organiseert de confrérie er een gegidste rondleiding. En ook hier eindig je de tour vanzelfsprekend met een proeverij. In tegenstelling tot de wijn van Villers-la-Vigne is hun bier trouwens wél te koop. Je kan het gerstenat verkrijgen in de shop van het bezoekerscentrum of in een schare winkels in de buurt.
ⓘ Reserveren voor het geleide bezoek aan de wijngaard of in de brouwerij is niet nodig/mogelijk. Op de dag zelf meld je je gewoon aan bij het onthaal van de abdij. In de prijs zit eveneens het bezoek aan de ruïnes van de abdij inbegrepen. Meer info: villers-la-vigne.be/nous-decouvrir/visites & villers.be/fr/agenda/visite-mensuelle-micro-brasserie.
5. Le Bistro de l’Abbaye
Wij beëindigden ons bezoek aan de Abdij van Villers bij Le Bistro de l’Abbaye, het knusse restaurant dat in het bezoekerscentrum huist. Het is er gezellig zitten onder het gewelfde plafond en doorheen het raam geniet je van het uitzicht op de oude watermolen. De prijzen zullen je er absoluut niet ruïneren en bovendien is het eten er erg lekker. Vooral hun stoofvlees van rundvlees met donker bier uit de Abdij van Villers – La Ténébreuse – is werkelijk om je duimen en vingers van af te likken. Natuurlijk hoort daar ook een biertje van het huis bij. Ik koos voor de Dom Cloquette, een heerlijke tripel met een alcoholpercentage van 9°. Leuk weetje: Dom Cloquette was de allerlaatste abt van de Abdij van Villers. Van een symbolisch einde van dit bezoek gesproken. Amen!



ⓘ Meer info over de Abdij van Villers vind je op de website: villers.be
Locatie op de kaart
Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met Visit Wallonia.
Ontdek meer van Op Congé met Xavier
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.